Zen meditatie

“We zijn erg bevoorrecht dat we een plaats hebben om op deze manier te zitten. Ik wil dat jullie een stevig, ruim en onverstoorbaar vertrouwen hebben in zazen, gewoon zitten.”

Shunryu Suzuki, Met Zen Beginnen

Zen meditatie

Centraal in de zen beoefening staat het mediteren. Allereerst de zitmeditatie. In de kern is die eigenlijk heel eenvoudig. Je zit stil, goed rechtop zodat je wakker, aandachtig, aanwezig kunt zijn, je knieën of voeten stevig op de grond (afhankelijk van of je op een kussen, bankje of stoel zit). Je richt je aandacht op de ademhaling. Gedachten of emoties die opkomen merk je op, zonder er helemaal in mee te gaan. En als je merkt dat dat toch is gebeurd, dat je bijvoorbeeld in gedachten een boos gesprek aan het voeren bent of heerlijk in de zon zit aan de Geestersingel, dan richt je je aandacht opnieuw op je ademhaling. Zonder te hoeven oordelen over goed of fout en zonder te hoeven weten hoe het kwam dat je was afgedwaald.

Aandacht. Aandacht? Aandacht….

Aandacht maakt het leven rijker, en zen meditatie is een oefening in aandacht: vol-ledig aanwezig zijn. Alles wat we verder doen tijdens de meditatiebijeenkomsten is oefening in aandacht: lopen, luisteren en spreken, thee drinken, je meditatieplek op orde maken. Een meditatiebijeenkomst is een gelegenheid waarbij je niets anders hoeft te doen dan er te zijn: alleen dít. Soms ontvouwt zich dan opeens de rijkdom van alles wat er nú, híer, is.

Ruimte

Door mediteren ontstaat er steeds meer ruimte in je geest. Ruimte waarin

  • je meer aandacht krijgt voor wat je ziet, hoort, ruikt, voelt en proeft. Daardoor kun je gewone dingen telkens als nieuw ervaren.
  • je gaat zien dat gedachten maar gedachten zijn, en je niet direct hoeft te reageren op wat er in je opkomt. Daardoor word je geleidelijk minder meegesleept in emoties en gedachten.
  • je meer waarneemt wat er allemaal in je omgaat. Vanuit die zelfkennis, en meer begrip, kun je meer liefde en mededogen ontwikkelen voor jezelf en anderen.
  • er, als je het niet probeert af te dwingen, soms opeens een diepe stilte in je kan ontstaan.
  • je (alweer als je het niet probeert af te dwingen) kunt ervaren wat we in zen je ware natuur noemen, het grote bewustzijn waarin geen onderscheid is tussen zelf en ander.

Die ruimte groeit, gestaag als een boom, als je hem de tijd geeft. We kunnen niet, zoals de jonge boerenzoon uit een oud Chinees verhaaltje, de jonge plantjes helpen groeien door er aan te trekken. Maar door ruimte te geven aan de groei, groeit de ruimte.